Ons oudste feest

 

Het feest van Sint Nicolaas is het meest waardevolle en traditionele feest van Nederland. Dat stelde het Nederlands centrum voor Volkscultuur in 2008. vast. Het is ook ons oudste feest. De aanzetten ervan gaan terug naar het sjamanisme, een soort religie die voorafging aan de Germaanse en Keltische cultuur. Toen Kelten en Germanen deze sjamanistische cultuur vele jaren voor het begin van onze jaartelling verdrongen, voegden ze de sjamaan in de figuur van Pan of Herne toe aan hun mythen. De gehoornde en beschilderde Herne werd een ondergeschikte halfgod of slaaf van Odin die als groter en forser werd uitgebeeld met een wijde mantel en een baard. Deze ondergeschikte duyvel is ook te herkennen in de Keltische god Cernunnos in de persoon van Satyr of Puck

Zwarte Piet is een overblijfsel van deze oude Sjamaan, ook wel Herne, Pan of Eckhart genoemd, de sjamaan als de duistere jager, die de geesten door middel van dans, zang en seks representeerde. Op oude rotstekeningen staat hij afgebeeld met de roe, de fasces, de roedebundel, het oeroude vruchtbaarheidssymbool waarmee macht werd uitgeoefend.

De Germaanse God Wodan of Odin verandert bij de kerstening van Europa in Sint Nicolaas. De schimmel van Sint Nicolaas is oorspronkelijk het witte paard van Odin is, Sleipnir geheten. Volgens de Germaanse mythologie rijdt Odin met zijn schimmel Sleipnir over de bomen en daken van de Germanen en geeft bij de winterzonnewende geschenken om de winter mee door te komen. Aanvankelijk viel het samen met Freirs geboortefeest op de zonnewende, maar langzamerhand is het in onze streken naar voren geschoven. In andere streken zoals in Duitsland is het Odinfeest niet verschoven (misschien omdat de Keltische god Freir er minder gevierd werd) en valt het samen met midwinter c.q. kerstmis. We zien ook dat daar Santa Claus optreedt.

 

Het heilige paard

 

Voor de Germanen was Sleipnir de door de luchten rijdende achtvoetige snelle schimmel. Het was ook het witte offerpaard, in Engeland bekend als Old Hobb. In de prehistorie offerde men het paard en at men zijn vlees. De restanten van het paard (paardenkoppen, gedroogde huiden, later hoefijzers) werden gebruikt om de gevels van huizen en boerderijen te versieren. Dat gaf bescherming en geluk. Het latere christendom verbood deze paardenoffers en ook het eten van paardenvlees werd verboden. In de Germaanse mythen en gebruiken verdreef Odin met zijn witte paard en vergezeld met zijn hoornachtige en verwilderde slaaf Herne de duistere machten en schonk kracht om het leven in donkere en koude tijden vol te houden. Een dergelijke mythe diende gekerstend te worden. Tot in de vroege Middeleeuwen verving men die mythen door nieuwe verhalen, maar oude gebruiken en rituelen hebben een hardnekkig voortbestaan. Tot in de dagen van Shakespeare was het optreden van een figuur als Herne nog bekend.

 

Letters en speculaaspoppen

 

De Germaanse god Odin staat bekend als de uitvinder van de runen, de lettertekens, afgeleid uit het Yuul, het zonnerad ‘waarmee het schrift een licht werd voor de geest’. Op het Odin winteryuulfeest zouden dan runen of lettertekens ten geschenke zijn gegeven. We herkennen daarin banketletters en chocoladeletters die bij gelegenheid van het Sinterklaasfeest alom aanwezig zijn. Misschien dat Sint Nicolaas daarom als plaatsvervanger van Odin vaak met een groot boek aanwezig is waarin alle letters staan opgetekend.

Bij dit feest horen speculaas- en taai-taai-poppen. In het Duits heten ze lebkuchen, hetgeen offerkoeken kan betekenen. In het verre verleden zouden deze koeken de plaats hebben ingenomen van dieren en mensenoffers die aan de verschillende goden werden gebracht. Deze lebkuchen zijn door het opkomende christendom verboden, maar in de vorm van feestkoeken bleven ze bestaan. Ze verwezen soms heimelijk naar vroegere figuren. Ook werden er belangrijke figuren mee afgebeeld zoals oude sjamanen en verboden goden. Op de middeleeuwse sinterklaasmarkten waren ze te koop. Deze lebkuchen bakte men in houten mallen waarvan er nog velen bestaan.

Speculaaspoppen heetten ook vrijers, wellicht naar Freir en Freia, de Keltische goden die liefde en seksualiteit vertegenwoordigen. Men gaf ze aan jongeren om hen geluk te wensen bij het vinden van een huwelijkspartner. Sint Nicolaas was degene die je een goede huwelijkspartner kon geven. Vandaar de naam goet-hylik-man, dat je eigenlijk als ‘goede huwelijksman’, een goede huwelijksmakelaar, moet vertalen in plaats van ‘goed heiligman’. Bij de intocht van Sint Nicolaas in het huidige Vlaanderen is vaak een bruidspaar aanwezig dat door de Sint wordt ingezegend ten einde een goed en vruchtbaar huwelijk te krijgen.

 

De schoorsteen, waardoor pietermannen soms pakjes en geschenken bezorgen, stamt uit de elfde of twaalfde eeuw. Ze verving het rookgat dat in de oudheid en de vroege middeleeuwen de verbindingsweg vormde tussen mensen en geesten. Het schoenzetten bij de schoorsteen gaat terug op een oud gebruik. ‘De schoen staat hier voor de persoon zelf en drukt de directe verbinding uit met de offergaven en de geschenken.’ In sommige streken, in kustgebieden en bij rivieren, wordt de schoen soms vervangen door een papieren bootje. Dit sluit dan weer aan bij een mogelijke oude zeegod of bij het kalmeren van de storm door Nicolaas zoals de christelijke traditie verhaalt. Nicolaas was de patroon van de zeevarenden.

De namen Nick en Nico komen van nikker (oudnederlands) en nicor (middelengels), dat watergeest of kabouter betekent. Misschien reden dat de vroege kerk een zeer oude (Griekse?) watergod verving door Nicolaas de beschermheilige van de zeevarenden.

 

De christelijke mythe

 

Volgens de christelijke overlevering kwam in het jaar 270 in de havenplaats Patara van Klein Azië een bijzonder kind ter wereld. Het was de zoon van de rijke koopman Theophanos en diens vrouw Nonna. Nicolaas of juister Nicolaos betekent letterlijk: overwinnaar van het volk. Het kind had een oom die ook Nicolaos heette en bisschop was van Myra. Toen de jongen volwassen was, werd hij door zijn oom tot priester gewijd. En later werd hij ook bisschop van Myra.

Tijdens zijn leven zou hij vele demonen hebben verdreven en talloze wonderen hebben verricht, zoals de bevrijding van de drie ter dood veroordeelde generaals, de redding van schipbreukelingen en het voorkomen dat drie meisjes door hun vader de prostitutie werden ingestuurd. Nicolaasj stond bekend als weldoener en werd geroemd om zijn grote vrijgevigheid. Op 6 december 345 overleed hij en werd al spoedig na zijn dood als een heilige vereerd.

Volgens de uitgave van de stichting Nationaal Sint Nicolaas comite stamt de oudste en belangrijkste levensbeschrijving van Nicolaas (waarin vele wonderen staan vermeld) uit ongeveer 800, dat is bijna 500 jaar later. Die tekst vormt weer de basis voor later verschenen Nicolaas-verhalen waaronder de zeer populaire verzameling van legenden, de zo genoemde ’Legenda Aurea’ van Jacobus de Voragine uit ca 1300.

Er waren in de eerste periode van het christendom meer belangrijke figuren die Nicolaas heetten, zoals Nicolaos de abt van het klooster Sion die ruim 200 jaar later leefde. Ook hij staat bekend als de zoon van Epiphanios en Nonna en werd bij zijn geboorte als een bijzonder kind herkend. Abt Nicolaas stond bekend om de wonderen die hij verrichtte. Zo genas deze abt vele malen zieke mensen door een demon uit te drijven. Ook wanneer het spookte op zee door boze geesten wist abt Nicolaos daar een einde aan te maken. (Demonen en boze geesten waren in die tijd aan de orde van de dag.) Tijdens een pelgrimstocht naar Jeruzalem bracht hij door zijn gebed de storm tot bedaren en wekte hij een scheepsjongen tot leven die dood op het dek was neergevallen.

Die verschillende verhalen hebben zich vermengd en werden later samengebracht zijn tot één geheel .

In de achtste en negende eeuw was Nicolaas de beroemdste heilige en stak zelfs Jezus Christus naar de kroon. In het Grieks-orthodoxe christendom nam zijn cultus soms goddelijke vormen aan. ‘Mocht God ooit sterven, dan zou men Nicolaas als zijn opvolger kiezen’, zo staat er geschreven. Er deden talloze verhalen de ronde en vele kerken werden aan hem gewijd. Vaak werd hij bezongen. Hij was de beschermheilige van de zeevaarders, van de scholieren en later ook van het Russische rijk.

Ook bij de Venetianen en andere Italiaanse kooplieden was Nicolaas zeer geliefd. Zij dreven handel onder andere met plaatsen in Klein Azië. Uit angst voor verwoesting en vernietiging door de oprukkende moslims roofden zij op een van hun tochten het gebeente van Nicolaas uit zijn graf te Myra en namen het mee naar Bari, waar het werd begraven. Daar werd vervolgens een groot heiligdom gebouwd waar men jaarlijks zijn feestdag vierde. Daarmee werd Nicolaas een Europese heilige en werd zijn invloed ook in het noordelijke gedeelte van Europa wijd verspreid.

 

Wonderverhalen

 

Er bestaat geen historisch bewijs voor het bestaan van Nicolaas van Myra.

Zijn naam komt niet voor op de namenlijst van de aanwezigen van het concilie van Nicea in 325, toen hij dus bisschop van Myra was. (In later tijden blijkt zijn naam eraan te zijn toegevoegd.) Zijn wonderdaden zijn mondeling overgeleverd. Een van de oudste wonderverhalen betreft dat van de drie veldheren. Ten tijde van keizer Constantijn moesten zij een opstand in Phrygië ongedaan maken. Toen zij dat met succes hadden gedaan en terugkeerden, verspreidden jaloerse collega’s het bericht dat zij een aanslag op de keizer wilden plegen. Daarop werden de drie veldheren ter dood veroordeeld. Zij baden Nicolaas om hulp. Dezelfde nacht verscheen Nicolaas aan de keizer en zei dat de drie ten onrechte belasterd en beschuldigd waren. Daarop werden ze vrijgelaten. Toen zij hoorden wat er was gebeurd dankten ze Nicolaas om dit wonder.

Een ander verhaal is dat van de drie meisjes waarvoor hun vader geen bruidschat had en die dan de prostitutie in moesten. Toen Nicolaas dit ter ore kwam, ging hij tot drie keer toe ’s nachts naar hun huis waar hij heimelijk goudstukken naar binnen gooide zodat ze fatsoenlijk konden trouwen. (In latere versies komt het geld in de schoenen van de meisjes terecht.) De derde keer ziet hun vader wie de weldoener is en valt op de knieën om Nicolaas te bedanken.

In dit verband kan de naam goet-hylik-man worden verklaard: een man die als een soort huwelijksmakelaar voor een goede huwelijkspartner zorgt. In de zestiende en zeventiende eeuw zongen jongeren daar liedjes over. Ongetwijfeld baden ze ook tot Nicolaas om een goede partner.

Een derde wonderverhaal betreft enkele scholieren die op weg waren naar Athene om daar te studeren. Ze gingen langs Myra om Nicolaas te ontmoeten en te vragen of hij voor succes van hun studie kon zorgen.

Onderweg overnachtten ze in een herberg. De herbergier dacht met rijkeluiszoontjes van doen te hebben. Hij doodde hen en bewaarde hun vlees in een tobbe. Een engel meldde dit bij Nicolaas die zich direct naar de herberg begaf. Daar bracht hij de scholieren weer tot leven.

Van veel latere datum is het wonderverhaal van de drie geslachte en daarna ingezouten kinderen. Misschien dat dit verhaal verband houdt met een grote hongersnood in Klein Azië waarbij een vader zijn drie kinderen doodde en ze in een pekelvat bewaarde. Ook dan komt Nicolaas en brengt de kinderen weer tot leven.

Deze verhalen hebben mede het beeld van Nicolaas bepaald. Ze hadden grote impact.

 

Opstand der kinderen

 

In de elfde en twaalfde eeuw bereikte de Nicolaas cultus via Frankrijk onze streken. Overal werden kerken en kapellen ter ere van Nicolaas opgericht. In de noordelijke landen vooral bij plaatsen aan zee en bij rivieren, want Nicolaas was de heilige van de zeevarenden. In Amsterdam staat de grote Nicolaaskerk aan het IJ zodat alle zeelui hem daar om zijn bescherming konden vragen. Toen kwam hij nog niet uit Spanje, maar uit Myra of Bari waar zijn grote heiligdom stond. Spanje was toentertijd een machtig land waar veel geschenken en zaken als sinaasappels en snoepgoed vandaan kwamen. Die kon je kopen voor de sinterklaasfeesten die overal in de lage landen plaatsvonden. Vandaar dat de geschenken uit Spanje kwamen.

Tenn tijde van de Reformatie ontstond in onze streken de beeldenstorm en werd ook het Sint Nicolaasfeest verboden. Calvinistische predikanten verzetten zich heftig tegen dit Roomse kinderfeest. In hun ogen werden kinderen daar aangezet tot afgoderij en ook onnodig verwend. Het gevolg was dat het Nicolaasfeest alleen nog in Roomse schuilkerken gevierd werd en verder in huiselijke kring plaatsvond. De sinterklaasmarkten werden afgeschaft en het verkopen van speculaaspoppen en snuisterijen werd verboden. Maar dan vindt in 1663 in Amsterdam de opstand der kinderen plaats. Zij gingen massaal de straat en protesteerden tegen al die verboden. Natuurlijk steunde de middenstand deze actie. Het gemeentebestuur bond in en de markten mochten weer plaatsvinden. Maar een publiek Nicolaasfeest kon niet. Het werd alleen thuis en in katholieke gebouwen gevierd. Daar werd dan op deuren gebonsd en met lekkers gestrooid. Men gaf geschenken en soms veerscheen de Sint in levende lijve.

De figuur van de heilige Nicolaas is een soort kapstok waar van alles kan worden opgehangen. Het feest krijgt ook telkens een andere vorm. Soms is de Sint de grote helper, de huwelijksmakelaar, dan weer de beloner van goed en kwaad of de pedagoog. Tot circa 1960 was zwartepiet een boeman die angst inboezemde, tegenwoordig is hij meer een grappenmaker. Voor 1800 treedt Sint Nicolaas in de Nederlanden alleen op zonder zwarte Piet. In Duitsland, Tsjechië en omgeving wordt hij immer vergezeld door Herne, een duivel, iemand die kinderen angst aanjaagt. Hij wordt daar ook wel ‘Kinderfresser’ genoemd.

In onze gebieden is er een relatie met Spanje. Sinterklaas komt uit het rijke Spanje waarhij zwarte helpers in dienst heeft. Soms verkondigde men dat Sint Nicolaas het goede vertegenwoordigt (wit) en zijn knecht het kwade (zwart), dat beide elementen bij elkaar horen, zodat stoute kinderen kunnen worden gestraft en in de zak van zwarte Piet worden meegenomen. Zoete kinderen beloont de Sint. Vrome christenen betoogden dat de heilige Nicolaas op een slavenmarkt een Ethiopische slaaf had vrijgekocht en dat deze Pieter uit dankbaarheid toen zijn diensten aan de bisschop heeft aangeboden. Een verhaal dat men toevoegde aan de vele wonderverhalen.

 

Oude tijden herleven

 

In 1851 verschijnt het boekje over Sint Nicolaas en zijn knecht van de Amsterdamse onderwijzer J. Schenkman. Daarin staan de eerste ons bekende plaatjes van Sint en Piet. Er is te zien dat stoute kinderen in de zak worden gestopt en dat het paard van de Sint nog niet wit is, zoals later wel het geval was. Voorzover bekend was de eerste intocht van Sint Nicolaas in 1888 in Venray. Rond 1920 reed de Sint in een rijtuig door Leeuwarden, Venlo, Deventer en Utrecht. De eerste officiële intocht in Amsterdam was in 1934, waarna dit zich ontwikkelde tot een nationaal gebeuren. De jaarlijkse intocht doet denken aan de Middeleeuwse optochten met de Nicolaas-markten met het snoepgoed uit Spanje en de (sinaas)appeltjes van oranje.. Voor wie oude ogen heeft, is er zelfs gelijkenis met de oude mysteriën, met Dionysos en Odin.

 

Wanneer je met Sinterklaas een speculaaspop krijgt of cadeaus in je schoen, bedank dan die verre voorouders voor hun zingevende mythen. Denk met een glimlach aan Odin met zijn paard Sleipnir en aan al die mensen die onder barre weersomstandigheden met ziekte en dood werden geconfronteerd, maar met hun verhalen de hoop levend hielden. Dans en spring met zwarte Piet als de ondeugende en geestenbezwerende sjamaan, die opriep de vrees voor een donkere koude winter opzij te zetten en de pijn en het verdriet van het leven te overwinnen. Geloof in de vriendelijk knikkende Sinterklaas, ook al zijn veel dingen van het christendom dat hij vertegenwoordigde niet bepaald vlekkeloos verlopen. Wees voor even een argeloos kind of een weinig ontwikkelde Germaan die met verbaasde ogen de wereld inkijkt. Word voor een enkel ogenblik een godheid of een heilige die geschenken geeft en mededogen uitstraalt. Omarm je dierbaren, je kinderen, die je altijd maar even mag vasthouden. Vier het levenslicht ondanks al het donker.

 

 

Piet Winkelaar

december 2012

 

 

[Begin-Illustratie ontleend aan Sinterklaas Verklaard/ (c) Uitgeverij SWP/ De twee overige foto’s komen uit de collectie van de auteur]

1 thought on “Ons oudste feest

  1. Pingback: De spirit van Zwarte Piet - Partij voor Mens en Spirit : Partij voor Mens en Spirit

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*